Ik deed vorige week woensdag nog meer
opmerkelijks. Ik stapte moederziel alleen in een vliegtuig, bezocht
een museum in mijn eentje en liep door mijn absolute lievelingsstad
met maar 1 ding op mijn to do lijst. 19.00 Conway Hall, sermon on
courage by Brene Brown. En als ik nu terugkijk op die dag springt
toch het zingen er boven uit. Ik zing namelijk niet.
Ik vind het lastig toon te houden en
dat betekende dat ik bij het zingen op de basisschool altijd beducht
moest zijn op de meester. Hij had de neiging door de klas te lopen en
bij een onzuiverheid hard op de tafel te slaat en stop te roepen. Ook
had hij de neiging met bordenwissers te gooien als iets hem niet
aanstond. Zingen was voor mij nooit geheel stressvrij. Ik zong dus
niet. Ik heb nooit veel begrepen van alle lyrische commentaren op de
prachtige liederen die er in kerkdiensten gezongen worden. Zingen is
namelijk niet een activiteit waarin ik me verlies. Er zijn een paar
liederen die ik goed genoeg ken om met enige vreugde te zingen. Toen
ik zo'n nummer wilde zingen bij de doop van mijn dochter zei de
dominee: 'He bah, zo'n simpel jubel geval..”
Au. De angst om te zingen zit diep. Zo
diep dat toen ik als student logopedie nodig had voor beginnende
stemknobbels ik 10 sessies extra nodig had voor ik de simpele
nazingoefeningetjes durfde te doen die de logopedist nodig vond. Als
ik mijn mond open deed kwam er gewoon geen geluid uit. De kinderen
hebben me, zoals kinderen dat doen over een groot deel van de drempel
geholpen. Wij zingen en we doen gek maar muziek op schoot was helaas
op een dag dat ik verhinderd was. Wat jammer nu.
En toen vond ik mezelf op de 3e rij in
Conway Hall om te luisteren naar de seculiere preek die daar
georganiseerd wordt door The School of Life. Schaamteonderzoekster
(en persoonlijke held van mij) Brene Brown spreekt over moed. Er
liggen orden van diensten op de stoelen.
Met twee hymnes aan de binnenkant. Oké,
daar had ik niet op gerekend. Er is een koor ook. Op het moment dat
de koordirigent zich tot de zaal richt, zie ik dat ik inde problemen
zit. Deze man gaat ook ons dirigeren, met heel veel enthousiasme. En
deze man legt uit dat The Choir With No Name een koor is voor mensen
die te maken hebben met dakloosheid. Er staan hier dus straks
daklozen te zingen, mensen die veel meer excuses hebben om niet te
zingen dan ik.
Ik kan niet meedoen. Maar ik heb toch
niet helemaal een vliegtuig genomen om hier over moed te horen om nu
af te haken? Dan kan ik net zo goed naar huis. Ik besluit te
zingen....
De dirigent richt zich tot te zaal met
de mededeling dat we eerst ademhalingsoefeningen gaan doen..
Do the biggest yawn you've ever done
and sing OEEEEEEEE..
En ik liet het over mee heenkomen en
toen zette het koor in:
Something inside so strong
I know that I can make it
Though you’re doing me wrong, so wrong
You thought that my pride was gone
Oh no, there's something inside so strong
Oh oh oh oh oh oh
Something inside so strong
The more you refuse to hear my voice
The louder I will sing
I know that I can make it
Though you’re doing me wrong, so wrong
You thought that my pride was gone
Oh no, there's something inside so strong
Oh oh oh oh oh oh
Something inside so strong
The more you refuse to hear my voice
The louder I will sing
En hoe luider ik zong, hoe meer ik het
geloofde:
Brothers and sisters
When they insist we’re just not good enough
Well we know better
Just look ‘em in the eyes and say
We're gonna do it anyway
We're gonna do it anyway
We're gonna do it anyway
We're gonna do it anyway
Because there’s
Something inside so strong
When they insist we’re just not good enough
Well we know better
Just look ‘em in the eyes and say
We're gonna do it anyway
We're gonna do it anyway
We're gonna do it anyway
We're gonna do it anyway
Because there’s
Something inside so strong
Geen opmerkingen:
Een reactie posten